Aardoom Hoveniers is een organisatie met ruim 225 jaar tuinervaring. Een van de voordelen van onze lange historie is dat we goed beseffen dat we rentmeesters zijn. We geven deze aardbol door aan volgende generaties. Duurzaam tuinieren zit ons dan ook in het bloed. Het komt er in de praktijk op neer dat we werken met milieubewuste materialen en machines en dat maatschappelijk ondernemen voor ons vanzelfsprekend is.
Een van de succesfactoren van Aardoom Hoveniers is de “open” cultuur waarin medewerkers, klanten en leveranciers hun wensen kenbaar maken en door samen te werken meerwaarde tot stand brengen. Daardoor creëren wij de mooiste tuinen van Nederland.
Onze mensen worden opgeleid met een groen hart.
Directeur Dionysios Sofronas, zoon van Huibert Hendrik Aardoom, is bijzonder trots op de rijke geschiedenis van zijn bedrijf. Daarbij blijft het hoveniersvak een belangrijke passie van Dionysios, met bijzondere aandacht voor Maatschappelijke Verantwoord Ondernemen.
“De wijze waarop wij momenteel omgaan met deze aarde is niet goed! Wij maken ons daarom zorgen en voelen het als onze missie om, voor zover dat in ons vermogen ligt, een positieve bijdrage te leveren aan onze leefomgeving. Met elkaar hebben wij de kennis en middelen en mogelijkheden om het verschil te maken en te werken aan een gezonde en klimaatbestendige leefomgeving”, aldus Dionysios.
Aardoom Hoveniers scoort met 97% zeer hoog op MVO scan Branchevereniging VHG. Bekijk hier het rapport.
Bij Aardoom Hoveniers hebben wij ons naast tuinontwerp en tuinaanleg gespecialiseerd in de aanleg van exclusieve en duurzame tuinen, waterberging, regenwateropvang en drainage, het geven van bemestingsadviezen en bodemonderzoek. Ook kunt u bij ons terecht voor een Visual Tree Assessment (VTA) en algemene boomveiligheid. Verder hebben we ons gespecialiseerd in de aanleg van groene schoolpleinen en speelnatuur. Ook Natuurlijk Spelen voor Honden is een concept dat is ontwikkeld door Aardoom Hoveniers. Uiteraard kunt u ook bij ons terecht voor tuinklusjes zoals het verwijderen van groene aanslag op tegels, het schoonmaken van uw bestrating of het snoeien van uw struik of boom.
Voor het kappen van grote bomen, in de regio Rotterdam, Ridderkerk, Dordrecht en omstreken, kunt u ook nog steeds bij ons terecht. We zijn uw vertrouwde tuinman in de Drechtsteden.
Bewijzen dat onze aanpak werkt zijn er te over. Op de eerste plaats is daar natuurlijk onze leeftijd. Zonder kwaliteit te leveren houd je het geen 225 jaar vol. Daarnaast zijn we Exclusive Partner van De Tuinen van Appeltern onder de naam ‘Dutch Quality Gardens’, duurzame professional bij NL Greenlabel, energetisch hovenier bij FeelGood Garden en ecologisch hovenier bij De Wilde Weelde en is het Veiligheid Certificaat Aannemingsbedrijven (VCA) een bewijs dat we zuinig zijn op onze mensen. Hierdoor bent u bij Aardoom Hoveniers verzekerd van gegarandeerd vakmanschap en kwaliteit! Verder zijn we aangesloten bij branchevereniging VHG en zijn we Tuingeluk-coach.
Zoekt u een tuinman, hovenier of plantspecialist in Rotterdam, Ridderkerk, Dordrecht, Barendrecht, Hendrik Ido Ambacht of directe omgeving? Bel of mail ons, wij brengen u Tuingeluk!
Waar komt de naam Aardoom vandaan?
De achternaam Aardoom is een samenvoeging van twee voornamen: Aart en Oom. Oem of oom was een afkorting van een heiligennaam uit de 7e eeuw. Als voornaam was deze naam heel bekend. Na 1400 werd de naam Oom als voornaam niet veel meer gebruikt. In achternamen zoals Ooms, Oomen en Oomens zie je de naam weer terug. In een archiefstuk uit 1572 lezen we de naam Andries Diericx, alias Aerdt Oom, de oudst bekende voorvader uit Puttershoek. In de 17e eeuw werd Aertoom geschreven als één woord. Een eeuw later komen we de naam Aardoom tegen.
Vanaf 1562 werd een stuk land bij Puttershoek ingepolderd. Dat kreeg de naam Nieuw Bonaventurapolder. Bij die inpoldering komen we Andries Diericx, alias Aerdt Oom, tegen als rijshoutschipper. In 1572 heeft hij met twee anderen geprobeerd de kerk van Puttershoek tegen de geuzen te verdedigen. Andries krijgt een pluim voor goed gedrag van schout en schepenen van Puttershoek en Dordrecht. Andries had een huis met een boomgaard op de hoek van de Boendersweg en de Eerste Kruisweg. In 1623 is hij overleden. De archieven geven nog meer stof over het geslacht Aert Oom. Ze vertellen ons dat zeker drie zonen van Andries schipper zijn geweest. Een kleinzoon van Andries Aert Oom, Coen, ook weer een schipper, kreeg in 1661 ruzie met de belastingontvanger en gooide die van de dijk waardoor de man een enkelblessure opliep.
“Ghy schelm, ghy hondt, ick sal u nu den hals breecken”
Een andere kleinzoon van Andries Aert Oom, naamgenoot Andries, bedreigde in 1672 zijn pachtheer met de woorden : “ghy schelm, ghy hondt, ick sal u nu den hals breecken”. Hij werd opgepakt maar wist uit de gevangenis te ontsnappen. Daarna werd hij bij verstek verbannen uit Zuid Holland. De familie kent ook een aantal geziene, brave burgers. In de 17e en 18e eeuw komen we drie schepenen (tegenwoordig wethouders) tegen in ‘s-Gravendeel, Arie, Pieter en Mels Aartoom. In 1712 ging Jan Willems Aertoom naar Ridderkerk en trouwde daar met Marytje Pieters de Ruyter. U begrijpt het al, van hen stammen de Ridderkerkse Aardoompjes af.
Jan Willemsz. Aardoom (11-06-1758) is, naar we mogen aannemen, de oprichter van het hoveniersbedrijf. In het archief van de kerkvoogdij in de Singelkerk komen we deze betovergrootvader van Huibert tegen. In die archiefstukken vinden we een verantwoording van uitgaven van de kerkvoogdij. En hier zien we ook uitbetalingen aan J.W. Aardoom gedaan. De oudste ‘uitgaaf’ is van 1793.
In 1830 zien we uitbetalingen aan zijn zoon Willem Jans Aardoom (05-02-1793). Een van de drie zoons van Willem Jans, Gerrit (01-10-1823) is zijn vader opgevolgd. Een zoon van Gerrit, Huibert (25-10-1855) liep ook in de voetsporen van pa. Van deze Gerrit en Huibert weten we iets meer. Samen gingen zij op pad vanuit Ridderkerk tot in IJsselmonde en Barendrecht toe met een houten kruiwagen met ijzeren velg. Daarop lag wat gereedschap, zoals een zeis, spade om tuinen op te knappen bij de gegoede burgerij en dat voor 12,5 cent per uur.
Een vetpot was het niet. In de winter werd er bij een kennis in een klompenmakerij in Bolnes gewerkt om wat bij te verdienen. Soms werden er in de winter bomen gerooid. Met een trekzaag, een ladder, een spade, een bijl en wat touw ging men naar het karwei. Het uurloon was in die tijd een kwartje. Aan het einde van het jaar werden er rekeningen gemaakt voor al de werkzaamheden van het afgelopen jaar. In januari ging men dan afrekenen, het zogenaamde kortavonden en dat onder het genot van een kopje koffie en soms een borreltje.
Gerrit Aardoom (17-07-1901) kocht een fiets, nadat hij op 26 à 27-jarige leeftijd had leren fietsen. Het was een vervoermiddel met een bagagedrager voorop. Later kwam er een echte transportfiets met een grote bagagedrager voorop en weer wat later kwam de trapcarrier (fiets met een grote laadbak). Toen kwam er een tweede transportfiets en een goeie fiets voor het luxe werk. Daarna werd een carrier met hulpmotor aangeschaft. Een auto, het was maar niks. Te groot, te duur, een Volkswagen Pick-up voor ƒ 1.500. Weggegooid geld. “Maar haal maar zo’n ding”. Je zat er droog in en het is toch wel makkelijk. Heel vooruitstrevend was de aanschaf van een grasmaaimachine (een van de eerste in Ridderkerk). Om een haag te knippen was geen machine voorhanden. Dat ging met het handje. Een ligusterhaag langs de Straatweg, kilometerslang van Zwijndrecht tot Rotterdam, ga er maar aan staan! Tien jaar lang heeft hij dat gedaan, van 1938 tot ongeveer 1948.
Rekeningen werden toen allemaal uitgeschreven. Met pen en inktpot op tafel werd het karwei geklaard. Een kopietje maken betekende nog een keer schrijven. Het is een keer gebeurd dat een inktpot omging over een mooi stapeltje geschreven rekeningen. D’ r zat niets anders op, je begon gewoon opnieuw.
In augustus 1947 is Huibert op 12-jarige leeftijd aan het werk gegaan bij zijn vader. Je kreeg een schop in je handen en bij wijze van spreken een schop onder je achterwerk en werken was het devies.
In het najaar van 1947 ging hij een paar dagen in de week naar de lagere tuinbouwschool in Barendrecht Daarna stonden diverse avondcursussen op het programma, zoals cursus tekenen, materialenkennis, snoeien, fruitteelt, middenstand en een cursus voor eerste-knecht-vakdiploma. Toen hij dit had afgerond, begon net de dagschool voor hoveniers bij de Hugo de Vriesschool in Rotterdam. Huibert kwam graag in het arboretum ‘Trompenburg’. Huibert sprak vaak met ontzag over de heer Blaas, de tuinbaas van ‘Trompenburg’, een kleine man met een geweldige kennis van planten, bomen en heesters.
Geleidelijk heeft Huibert het bedrijf van zijn vader overgenomen. Huibert begon met alles op te schrijven en niet zoals zijn vader, alleen maar alles onthouden. Ongeveer in 1960 kwam het bedrijf volledig in zijn handen. Nadat hij in 1964 getrouwd was, is hij gaan wonen in het pand Ringdijk 110. Daar ligt nu het viaduct van de Rotterdamseweg. Na 15 jaar begon de nieuwbouw aan de Hovystraat. Huibert zijn eerste vrouw, Barbara van Leeuwen, was erg ziek en is kort na de verhuizing overleden. Huibert is in 1981 opnieuw getrouwd met Corrie den Boer. Corrie had 3 kinderen uit een eerder huwelijk; Jannis, Kostas en Dionysios. Huibert heeft het hoveniersbedrijf uitgebouwd van ca. 5 medewerkers in 1960 naar ca. 15 tot 20 medewerkers.
Directeur Dionysios Sofronas is bijzonder trots op de rijke geschiedenis van zijn bedrijf en de historie van het hoveniersgeslacht. Daarbij blijft het hoveniersvak een belangrijke passie van Dionysios, met bijzondere aandacht voor Maatschappelijke Verantwoord Ondernemen. Dionysios is de zoon van Cornelia Maaike den Boer en Dionysios Sofronas. Zijn vader, naar wie hij is vernoemd, was een Griek. Hij was in de jaren 60 naar Nederland gekomen als gastarbeider om te werken in de Rotterdamse haven. Hij leerde mijn moeder kennen en ze trouwden. Ze kregen drie kinderen, Jannis, Kostas en Dionysios.
In Nederland was toen een tekort aan arbeidskrachten en er werden mensen gezocht in buitenland om hier te komen werken.
De ouders van Dionysios zijn gescheiden toen hij ongeveer 10 jaar oud was. Zijn moeder is daarna getrouwd met Huibert Hendrik Aardoom, hij had een hoveniersbedrijf. Dionysios was toen 11, bijna 12 jaar. Toen Huibert trouwde met zijn moeder heeft hij in dit huwelijk de jongens geaccepteerd als zijn kinderen en hij heeft de verzorging, en alles wat daarbij hoort, op zich genomen. Dionysios is hem daar nog steeds erg dankbaar voor. Huibert had een Hoveniersbedrijf met een groot bedrijfsterrein (de Wurf) waar je heerlijk kon spelen. Lekker hutten bouwen van diverse tuinmaterialen en balen turf die er volop lagen. En ze gingen wonen aan de Hovystraat 1.
Zijn broers zagen niet zo veel in het vak Hovenier, maar Dionysios had wel iets met beestjes en de natuur, zo was Biologie op de basisschool zijn lievelingsvak samen met geschiedenis en tekenen.
Dionysios heeft de hoveniersopleiding gevolgd op de middelbare agrarische school in Rijswijk en is in 1993 als hovenier in de buitendienst begonnen in het bedrijf. Tussen het afronden van de hoveniersopleiding en de start bij Aardoom heeft hij nog een jaar de dienstplicht vervuld en nog een jaar gewerkt bij een ander hoveniersbedrijf, Batenburg in Oud Beijerland. In 1999 heeft hij het bedrijf van zijn vader Huibert overgenomen.
Zijne majesteit de koning heeft bij zijn beschikking van 29 oktober 2018 het recht tot het voeren van het koninklijk wapen met de toevoeging “Bij Koninklijke Beschikking Hofleverancier” verleend aan V.O.F. Aardoom Hoveniers te Ridderkerk.
Burgemeester Anny Attema maakte dat vrijdag namens de Commissaris der Koning, Jaap Smit, bekend. Dat gebeurde tijdens een bijeenkomst in de Hofzaal van het gemeentehuis waarin het 225-jarig bestaan van het hoveniersbedrijf werd gevierd.
Aardoom, een familiebedrijf met twaalf medewerkers, is de oudste onderneming van Ridderkerk, en vermoedelijk het oudste hoveniersbedrijf van Nederland. Uit documenten van de Singelkerk in Ridderkerk blijkt, dat in 1793 ene Jan Aardoom voor het eerst beroepsmatig hovenierswerkzaamheden heeft verricht.
Burgemeester Attema sprak lovend over de manier waarop het bedrijf al die jaren heeft geopereerd. Het gaat bij Aardoom om resultaten op de lange termijn en het behoud van het bedrijf voor volgende generaties, met oog voor duurzaamheid en ‘rentmeesterschap’. In 2011 won Aardoom een duurzaamheidsprijs.
Het predicaat ‘Hofleverancier’ betekent niet, dat Aardoom voortaan de paleistuinen mag onderhouden. Bedrijven dragen de titel omdat ze laten zien dat ze koninklijke kwaliteit leveren.
Na de toespraak overhandigde burgemeester Attema een oorkonde aan de huidige directeur Dionysios Sofronas en onthulden de burgemeester en de moeder van de directeur een schild dat een plek krijgt aan de gevel van het bedrijfspand.